Ouwerkerk, het oudste dorp op Schouwen-Duiveland, heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot de 11e eeuw. Maar wat het dorp vooral bekend maakt, is het indrukwekkende Watersnoodmuseum. Dit museum vertelt het aangrijpende verhaal van de Watersnoodramp van 1953, waarbij een op de zes inwoners van Ouwerkerk het leven liet en grote delen van het dorp werden verzwolgen door het water.
Het dorp speelde een cruciale rol in die rampnacht, want het was het laatste gebied waar de dijken werden gesloten. Het kostte enorme inspanningen en vier caissons, overgebracht vanuit Zuid-Engeland, om het laatste dijkgat te dichten en het water buiten te houden. Bij het Watersnoodmonument, met een ontroerend beeld van een hand die uit het water om hulp vraagt, kun je stilstaan bij de tragische gebeurtenissen en de slachtoffers herdenken.
Maar niet alles is somberheid in Ouwerkerk. Na de ramp ontstond er een nieuw natuurgebied rondom het dorp. Door het zoute water dat het land binnendrong, werd de grond ongeschikt voor landbouw. Maar uit deze tegenslag ontstond iets moois: het krekengebied Ouwerkerk, waar nieuwe bomen zijn geplant en een nieuw ecosysteem is ontstaan.
Dus, als je meer wilt weten over de Watersnoodramp van 1953, de veerkracht van gemeenschappen in tijden van crisis wilt zien en tegelijkertijd wilt genieten van de natuurpracht, dan is Ouwerkerk de place to be. Een bezoek aan het Watersnoodmuseum en een wandeling langs de kreken bieden een boeiende mix van geschiedenis, emotie en natuurervaringen.